Femmes for Freedom heeft aangifte gedaan bij het Openbaar Ministerie tegen politieke partij NIDA, De Blauwe Moskee, Centrum Ar Rahma, Stichting de Bekeerling, Abou Ilias, Partij van de Eenheid, omdat zij zich volgens ons schuldig hebben gemaakt aan opruiing.
Er is veel discussie in de Nederlandse samenleving over de Wet gedeeltelijk verbod gezichtsbedekkende kleding, ofwel in de volksmond de ‘boerkawet’. De tegenstanders van dit verbod zien het als een schending van het zelfbeschikkingsrecht van vrouwen, een beperking van de vrijheid van godsdienst en wekken de indruk dat het om een algeheel verbod gaat.
Afgelopen weken zijn naar aanleiding van de boerkawet verschillende meningen en standpunten ingenomen door maatschappelijke organisaties, politieke partijen, moskeeen, wetenschappers en diverse individuen. Deze vrijheid van meningsuiting is vastgelegd in artikel 7 van de Nederlandse Grondwet. Dat artikel garandeert de vrije meningsuiting ‘behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet’. Voorbeelden van beperkingen in het strafrecht zijn onder andere artikelen Artikel 131 Wetboek van Strafrecht en Artikel 132 Wetboek van Strafrecht (opruien tot geweld en tot het plegen van strafbare feiten).
Inzake NIDA en haar volksvertegenwoordigers bevreemdt het ons ook dat zij als democratisch gekozen volksvertegenwoordigers zich tegen een democratisch tot stand gekomen wet hebben gekeerd. Niet alleen keert NIDA zich hiermee tegen een democratisch tot stand gekomen wet, ook draagt zij hiermee bij aan de ontwrichting in de samenleving. Met het nikabfonds wordt aan opruiing gedaan en worden boerkadraagsters aangemoedigd de wet te overtreden. NIDA legitimeert strafbare feiten. Met deze actie wordt tevens bijgedragen aan het tegengaan van de emancipatie van moslimvrouwen en steunt NIDA het pre-islamitische, misogyne symbool dat door iconische moslimfeministes uit de Arabische wereld wordt verafschuwd en bestreden. Vandaag de dag wordt de boerka beschouwd als het uniform van vrouwen in het Kalifaat en van de Taliban.
Het verbaast ons zeer dat een politieke partij die zichzelf een emancipatiebeweging noemt, niet de zienswijze van vooraanstaande moslimfeministen zoals Mona El Tahawy, Seyran Ates, Huda Shaarawi, Nawal El Saadawi of Fatima Mernissi overneemt met betrekking tot de boerka, maar een anti-emancipatie standpunt inneemt door het extremistisch gewaad te verdedigen en te promoten. Ook dragen zij bij aan onrust in de moslimgemeenschap in plaats van het bevorderen van sociale cohesie. Voorts vragen wij ons af waarom een zogenaamde emancipatiebeweging zich nimmer luid en duidelijk heeft uitgesproken over andere vraagstukken met betrekking tot haar achterban, zoals de achtergestelde situatie van moslimvrouwen:
Femmes for Freedom is zeer verontwaardigd over de opstelling van NIDA in de boerkakwestie en het uitblijven van de verontwaardiging hierover van de Nederlandse media. Hoe zou men gereageerd hebben indien:
De steun voor de misogyne boerka wordt door Amnesty International gedragen en in NRC verdedigd door 47 organisaties, waaronder Bureau Clara Wichmann, Women INC en Atria met het opiniestuk ‘Dit verbod is een moderne heksenjacht’. De organisaties denken dat zij het zelfbeschikkingsrecht van de vrouwen steunen. Met deze steun voor de boerka hebben zij zich achter de extremisten geschaard en zich tegen de eerder genoemde moslimfeministen gekeerd. Ze vinden zichzelf kampioen anti-islamofobie en intersectioneel.
Waar waren deze organisaties toen Femmes for Freedom ze benaderde voor het samen optrekken in andere dossiers? Bijvoorbeeld toen Femmes for Freedom in 2012 Amnesty benaderde om huwelijkse gevangenschap op de internationale agenda te krijgen en voor een Nederlandse Eenheid Huwelijksdwang streed?
Dit kunnen we ook over veel andere onderwerpen en gebeurtenissen zeggen. Met de steun voor de boerka door de genoemde organisaties, bewijzen zij de emancipatie van Nederlandse moslimvrouwen geen dienst. Van je feministische zusters moet je het hebben! Populisme en drang om anti-islamofoob te zijn, is kennelijk belangrijker voor hen dan de heldere uitspraken van het EHRM, de goede communicatie en veiligheid in Nederland. Voor de activisten van Amnesty, Bureau Clara Wichmann, Atria en Women Inc geldt de uitspraak van het EHRM alleen als het ze goed uitkomt, zoals in de zaak van de SGP bij het EHRM.
Omdat Geert Wilders in 2005 een motie voor een volledig boerkaverbod indiende, claimt hij nu het succes van de uiteindelijke wet die op 1 augustus 2019 in werking is getreden. Voor de tegenstanders van het verbod is dit een reden om de wet islamofobisch, discriminerend en racistisch te vinden. Niet alleen de rechtse politicus Wilders draagt echter bij aan de polarisatie met zijn tweet ‘Nu het boerkaverbod is ingevoerd kunnen we ons gaan inzetten voor de volgende stap: een hoofddoekverbod in NL’. Ook de genoemde partijen waartegen Femmes for Freedom aangifte doet, doen mee aan de polarisatie.
Alle partijen vergeten dat de maatschappelijke discussie inzake de boerka in 2003 startte toen ROC Amsterdam 3 leerlingen niet toestond de lessen te volgen omdat zij een boerka droegen. De huisregel van het ROC Amsterdam luidde dat kleding geen communicatie en identificatie in de weg mag staan. De leerlingen stapten naar de Commissie Gelijke Behandeling en deze stelde de school in het gelijk (CGB, 20-03-2003, nr. 2003-40).
Ondertussen hebben ook andere landen een beperkt of gedeeltelijk boerkaverbod. In België en Frankrijk waar een algeheel boerkaverbod geldt, stapten Belgische en Franse boerkadraagsters naar de rechter om het boerkaverbod te bevechten. Uiteindelijk oordeelde het Europees Hof van de Rechten van de Mens (EHRM) in 2014 en 2017 dat het algeheel verbod op de boerka In Frankrijk en België niet in is strijd met de godsdienstvrijheid, vrijheid van meningsuiting, het recht op privacy en het verbod op discriminatie.
In 2013 werd een boerkadraagster door de gemeente Utrecht gekort op haar gezinsuitkering omdat ze haar boerka niet wilde afdoen bij een sollicitatietraining. De vrouw ging in beroep en kwam uiteindelijk in 2017 voor bij de Centrale Raad van Beroep te Utrecht. Deze wees haar beroep af met de formulering ‘in het belang van rechten van anderen’ conform de uitspraak van het EHRM inzake het Franse verbod op het dragen van gezichtsbedekkende kleding. Ook de Nederlandse wetgeving is dus, volgens uitspraken van het EHRM, niet in strijd met fundamentele mensenrechten. Zie de Memorie van Toelichting van de regering inzake het ‘boerkaverbod’ waarin de Nederlandse regering uitgebreid de doelstelling (onderlinge communicatie en veiligheid) motiveert en waarom zij kiest voor een beperkt verbod op gezichtsbedekkende kleding.
Naast Nederland, België en Frankrijk hebben ook andere Europese landen een algeheel of gedeeltelijk verbod op de boerka. Deze landen zijn Duitsland, Oostenrijk, Denemarken en Bulgarije. Inmiddels hebben ook Afrikaanse en Aziatische landen wegens veiligheidsoverwegingen een beperkt of zelfs algeheel verbod op de boerka ingesteld. In Algerije en Tunesie mogen vrouwelijke ambtenaren geen boerka dragen. In Marokko is de productie en de verkoop van de boerka verboden. Tsjaad voerde een algeheel boerka-en tulbandverbod in na een zelfmoordaanslag door Boko Haram. Andere Afrikaanse landen die een geheel of gedeeltelijk verbod op de boerka kennen, zijn Congo en Gabon. Sri Lanka is het enige Aziatisch land met een algeheel boerkaverbod. Het verbod in Sri Lanka werd o.a. door de organisatie van islamitische geleerden, All Ceylon Jamiyyathul Ulama (ACJU), gesteund. Wat vinden Nederlandse tegenstanders van het boerkaverbod in Afrikaanse en Aziatische landen? Zijn deze landen ook racistisch of islamofobisch? Handelen zij ook in strijd met het zelfbeschikkingsrecht van vrouwen? Nee, deze landen handelen uit praktische veiligheidsredenen. Anno 2019 is dit in een wereld met extremistische aanslagen hard nodig.
Sinds de indiening van de motie van Wilders in 2005 tot de inwerkingtreding van de wet in 2019 kunnen we de praktische noodzaak van de Wet gezichtsbedekkende kleding niet ontkennen. De boerka is niet alleen anti-emancipatie, ook is het kledingstuk anti-veiligheid. Nu de boerka gedeeltelijk is verboden en Wilders heeft getwitterd ook de hoofddoek te willen verbieden, is er echter geen reden tot zorg en paniek. De hoofddoek is geaccepteerd en toegestaan in de Nederlandse samenleving. Meisjes en vrouwen die een hoofddoek dragen, kunnen direct geidentificeerd worden en zitten een goede communicatie niet in de weg. Ook kunnen zij in alle sectoren van de Nederlandse samenleving werken. Vrouwen met een hoofddoek dragen volop bij aan de mooie Nederlandse samenleving, in tegenstelling tot boerkadraagsters en hun extremistische en misogyne aanhang. Zij kiezen er voor om niet mee te doen in de Nederlandse samenleving.
Op basis van artikel 53 van het Wetboek van Strafvordering heeft iedere burger de mogelijkheid om een verdachte in geval van heterdaad van een strafbare overtreding of misdrijf, aan te houden met als enige doel de verdachte onmiddellijk over te dragen aan een opsporingsambtenaar. De wet geeft geen specifieke vormvoorschriften over de wijze waarop een aanhouding dient plaats te vinden.
Het burgerarrest is echter ook een schending van de rechten van een ander (vrijheid en lichamelijke integriteit). Daarom is het burgerarrest onderworpen aan de eisen van proportionaliteit (er moet een redelijke verhouding zijn tussen de wijze van optreden en het beoogd doel) en subsidiariteit (is deze manier de beste of zijn er andere opties).
De gedachte echter dat het boerkaverbod nu een burgerarrest mogelijk maakt door een vrouw desnoods tegen de grond te houden om de overdracht aan de politie mogelijk te maken, kan zeer wel onder de strafbare feiten als mishandeling en wederrechtelijke vrijheidsberoving vallen.
Hoewel Femmes for Freedom een groot voorstander van het gedeeltelijk boerkaverbod is, is Femmes for Freedom een fel tegenstander van geweld tegen vrouwen. Gelet op het feit dat het dragen van een boerka op de aangegeven plaatsen een overtreding is en slechts een geldboete oplevert, is een gewelddadig burgerarrest per definitie niet proportioneel te achten.
Femmes for Freedom wenst te benadrukken dat in die gevallen waarin er slechts sprake is van een simpele overtreding van de boerkawet waarbij sprake is van een gewelddadig burgerarrest, zij zich pal naast, voor en achter de boerkadraagster stelt.
Diverse bestuurders hebben zich continu twijfelend uitgelaten danwel zich uitgesproken over de al dan niet handhaving van de boerkawet. Indien prominente bestuurders publiekelijk hun twijfels uiten en de wet verkeerd uitdragen, wat kan er dan verwacht worden van ziekenhuizen, onderwijsinstellingen, openbaar vervoer en overheidsinstanties die de wet moeten handhaven.
Burgemeester Pauline Krikke van Den Haag heeft gezegd dat zij de ‘Boerkawet’ wil handhaven. Door op vrijdag 9 augustus jl. een demonstratie toe te staan waar boerka’s gedragen mochten worden, heeft zij in strijd met de Haagse regels en het beleid over demonstraties gehandeld. In de regels en het beleid is klip en klaar geformuleerd dat geen kleding gedragen mag worden die het gezicht bedekken, omdat het de openbare orde bedreigd. Pauline Krikke heeft als zodanig de handhaving en de openbare orde in gevaar gebracht. Zij mag zichzelf gelukkig prijzen dat de demonstratie niet uit de hand is gelopen. En daarnaast is met het toestaan van deze demonstratie in strijd met de ‘Boerkawet’ gehandeld, omdat de demonstratie plaatsvond op een overheidsterrein (Koekamp is een erf van de overheid). Femmes for Freedom heeft alle vertrouwen in de beste intenties van Pauline Krikke. Haar recentie acties weerspiegelen echter de verwarring over hoe te handelen met de ‘Boerkawet’.
Normaliter polderen Nederlandse bestuurders graag met alleen mannelijke vertegenwoordigers van de moslimgemeenschap. Inzake de boerkawet zijn de bestuurders deze keer iedereen vergeten: zowel de vrouwen als de mannen die zich bekommeren over het boerkaverbod. Een taskforce boerkawet of een Postbus 51-film voor bestuurders, instellingen en de moslimgemeenschap was een goed idee geweest voor de sociale cohesie. Hiervoor is het echter nog steeds niet te laat.
NIDA, De Blauwe Moskee, Centrum Ar Rahma, Stichting de Bekeerling, Abou Ilias, Partij van de Eenheid zijn tegen de vrouwenemancipatie, een open vrije en veilige samenleving. Femmes for Freedom vindt dit een gevaarlijke ontwikkeling en heeft aangifte gedaan tegen de genoemde organisaties en personen. Steun ons in de strijd tegen deze extremisten!
Wij roepen iedereen op die voor vrijheid, gelijkheid en veiligheid is van zich te laten horen. Door ook aangifte te doen, geeft u een duidelijk signaal af; dat er in onze samenleving geen ruimte is voor opruiing. Iedereen kan aangifte doen. Anoniem aangifte doen kan helaas niet. Wij raden u aan voor domicilie Femmes for Freedom, Laan van Meerdervoort 70, 2517AN Den Haag te kiezen. Om u te helpen, hebben wij alvast een conceptaangifte opgesteld. U kunt deze conceptaangifte HIER DOWNLOADEN en uitprinten. Deze kan, ondertekend, gestuurd worden aan:
Aan de Officier van Justitie
In het arrondissement Den Haag
Postbus 20302
2500 EH Den Haag
Mocht u niet in de gelegenheid zijn deze aangifte per post te versturen, dan kunt u het ondertekende document inscannen en mailen aan info@femmes.wvmkb-sites.nl. Wij zullen de aangifte dan opsturen aan de politie.